Prenatale screening heeft als doel vóór de geboorte (pre-nataal) na te gaan wat de kans is dat je kindje een aangeboren afwijking heeft. Er wordt gezocht naar aanwijzingen voor een chromosomale of lichamelijke afwijking.
Inschatting
Screeningstesten houden geen gevaar in voor je zwangerschap, noch voor je kindje. Het is belangrijk te weten dat ze ook geen zekerheid of uitsluitsel geven.
Het resultaat van deze testen is een cijfer dat uitdrukt hoe groot de kans is dat je kindje een bepaalde afwijking heeft. Geeft de prenatale screening aan dat er een verhoogde kans is op een bepaalde aandoening, dan kan verder diagnostisch onderzoek zekerheid bieden.
Afwijkingen
-
Chromosomale afwijkingen zijn afwijkingen in het DNA (erfelijk materiaal) van je kindje.
De meest voorkomende zijn:- trisomie 21 (Downsyndroom)
- trisomie 18 (Edwardssyndroom)
- trisomie 13 (Patausyndroom)
Zij kunnen opgespoord worden door de NIPT, vanaf 12 weken zwangerschap.
-
Lichamelijke afwijkingen zijn structurele afwijkingen van het lichaampje of de organen van je kindje.
Hieronder vallen:- een open ruggetje of een open schedel (de neurale buiseffecten)
- afwijkingen aan het hartje, de nieren, de geslachtsdelen, de ledematen
- …