Het maken van een keuze voor wel of geen prenatale screening is voor velen een evidentie. Maar stelde jezelf al de vraag: wat als het resultaat slecht nieuws brengt?
Tijdens (of al vóór) de zwangerschap zijn er met andere woorden 3 belangrijke beslissingen die moeten worden genomen:
- Kies je voor bepaalde vormen van prenatale screening of niet?
- Kies je voor diagnostisch testen: wanneer wel en wanneer niet?
- Wat doe je bij slecht nieuws: voortzetten of afbreken van de zwangerschap?
-
Is prenatale screening verplicht?
Een aantal prenatale testen wordt doorgaans standaard aangeboden. Denk maar aan een bloedonderzoek, de nekplooimeting, of de twintig weken echo.
Deze testen zijn echter niet verplicht. Je mag deze weigeren indien je dat wenst.
-
Vragen die je kunnen helpen nadenken
- Hoeveel willen je weten over jullie kindje voordat het is geboren?
- Hoe zie je het leven met een kind met het Downsyndroom?
- Hoe zou dat voor het kindje zijn?
- Hoe zie je het leven met een kind met een ernstige lichamelijke afwijking?
- Hoe zou dit de gezinssituatie beïnvloeden?
- Wat vind je van het risico op een miskraam bij een vlokkentest of vruchtwaterpunctie?
- Hoe voel je je tegenover een eventuele zwangerschapsafbreking?
- Wanneer is de ernst van een afwijking groot genoeg om een zwangerschapsafbreking te kunnen kiezen?
- Heb je ervaring met leven met (iemand met) een handicap?
- Wat vind je belangrijk in het ouderschap?
- Welke waarden zijn belangrijk voor je?
- Met wie kan je hierover spreken?
Het is belangrijk dat je keuze past bij je eigen gevoel en ideeën over zwangerschap, levenswijze, waarden en normen.
Screenen: waarom wel?
Een prenatale screening geeft informatie over je ongeboren kind.
Precies daarom gaan veel ouders in op het aanbod voor prenatale testen. Maar voor je beslist sta je best stil bij de reden waarom je dit wil doen:
- Je wil geruststelling dat met je kindje alles OK is.
Besef wel dat een screening geen definitief uitsluitsel geeft. Het resultaat van een screening is slechts een kansberekening! - Je wil weten of je kindje meer risico loopt op een aandoening.
Bijvoorbeeld omwille van je leeftijd of bestaande erfelijke aandoeningen in de familie. - Het kan zijn dat je voor jezelf al hebt uitgemaakt dat je de zwangerschap wil afbreken als je kindje een afwijking heeft.
- Je wil je voorbereiden op potentiële extra noden van je kind.
Het kan bijvoorbeeld zijn dat je de zwangerschap sowieso wil behouden, maar dat je graag op voorhand wil weten dat er iets niet helemaal in orde is met je kindje.
Een kind met Downsyndroom zou te belastend zijn voor mij. Met prenataal onderzoek kunnen ze bepalen of mijn kind Downsyndroom heeft. Van die mogelijkheid wil ik dan ook graag gebruik maken.Anja
Screenen: Waarom niet?
-
Nodeloos ongerust
Een prenatale screening kan je geruststellen, maar het kan je ook nodeloos ongerust maken als de kans op een afwijking groter blijkt dan gemiddeld. In dat geval kom je immers voor nieuwe beslissingen te staan:- wil je verder onderzoek laten doen?
- En als dat onderzoek een ongunstige uitslag heeft: welke beslissing wil je dan nemen?
- Overweeg je het risico op een miskraam bij een vlokkentest of een vruchtwaterpunctie om zekerheid te hebben?
-
Verhelpt een afwijkend resultaat niet
Door de evolutie van de medische wetenschap wordt de illusie gewekt dat alle ziekten of afwijkingen verholpen kunnen worden. Maar heeft je kindje een chromosomale afwijking zoals het syndroom van Down? Dan kan daar niets aan gedaan worden. Hoogstens kunnen een aantal gezondheidsrisico’s die met het syndroom gepaard gaan, verkleind worden.
Het aanbod van de screeningstesten leek aantrekkelijk: 'je had er niets mee te verliezen', toch? Maar toen ik erover nadacht, bleek ik er ook niet echt iets mee te kunnen winnen. Ik wil helemaal niet voor de keuze tot afbreking komen te staan.Kristien, zwanger van tweede kind
Je kiest altijd
Eigenlijk kies je altijd. Kies je voor screening en kom je te weten dat je kindje een aangeboren afwijking heeft, dan heb je maar twee opties:
- je behoudt de zwangerschap, in de wetenschap dat je kindje misschien niet lang te leven heeft of in meer of mindere mate een handicap zal hebben.
- Je beslist je zwangerschap af te breken.
Je kan ook beslissen dat je niet voor de keuze voor afbreking wil staan. Je kan met andere woorden beslissen om geen prenatale testen te laten doen.
Ook dit is echter een keuze: je beslist immers dat je het ‘risico’ op een kindje met een handicap wil nemen, hoe klein of groot dat risico ook is.
Een goede keuze?
Voor een goede keuze zijn er verschillende ankerpunten nodig: je vindt ze bij (de informatie van) de arts, bij jullie omgeving en vooral in jezelf. Daarnaast mogen we niet vergeten dat ook de samenleving door de maatschappelijke beeldvorming een zekere invloed heeft.
Ook bij Fara kan je terecht met je vragen of twijfels. We:
- luisteren
- geven informatie
- helpen om je vragen helder te krijgen (die je kan meenemen naar je arts of gynaecoloog)
Wie kan mij helpen?
Je kan terecht bij:
- huisarts
- gynaecoloog
- vroedvrouw
Heb je het gevoel dat je te veel informatie ineens krijgt?
- Vraag dan of je de informatie ook schriftelijk kan meekrijgen, zodat je thuis alles nog eens rustig kan bekijken.
- Vraag eventueel ook een tweede gesprek.