Aandachtspunten bij Abortusverwerking

Waar let je op als je iemand begeleidt na een abortus? In dit artikel ontdek je enkele aandachtspunten. 

Normaliseer

Je cliënt moet het niet, maar mag het moeilijk hebben na een abortus. Normaliseer en exploreer verdriet, spijt- of schuldgevoelens. 

• Het is niet omdat zij (of hij) zelf voor de abortus heeft gekozen dat er geen verdriet mag of kan zijn.
  • erken de beleving van je cliënt
  • ga op zoek naar de betekenis van het verlies. 
• Help je cliënt te ontrafelen welke vorm van spijt zij (of hij) voelt:
  • spijt van de keuze
  • spijt van de wijze waarop de besluitvorming verliep en/of
  • spijt van te hebben moeten kiezen 
• Exploreer het schuldgevoel van je cliënt en herkader het als een richtingaanwijzer:
  • wat vind je cliënt werkelijk belangrijk in het leven?
  • zoek samen uit wat je cliënt nodig heeft om zich minder schuldig te voelen

Verlieservaring

Erken dat een abortus kan aanvoelen als een verlieservaring. Zij (of hij) kan, maar hoeft zich niet meteen opgelucht te voelen.

• Verken met je cliënt wie of wat ze precies verloren heeft met de abortus, exploreer de betekenis van het verlies. 
• Exploreer ook wat ze probeerde te beschermen of te redden met haar keuze voor abortus.
• Geef psycho-educatie rond rouwen. 

Informeer en verwijs door

Informeer over waar zij (of hij) terecht kan met vragen, negatieve gevoelens of eventuele verwerkingsproblemen, denk aan:

• begeleidingsgesprekken bij Fara
• lotgenotencontact (online en fysiek)
• nazorg in het abortuscentrum
• individuele rouw- en psychotherapeuten